Samita ASBL

Fondsenwerving voor kuti’s in het Tilorienkooster

We hebben al veel bereikt op onze weg om het Tilorienklooster te bouwen! We hebben een stuk land gekocht en er een klein hoofdgebouw op gebouwd, inclusief een Dhammazaal. Dit zou nooit mogelijk geweest zijn zonder de hulp van vele mensen, en juist dit maakt het zo mooi: Elk individu draagt wat in zijn mogelijkheid ligt bij, en als velen samen komen, kan er iets echt fantastisch bereikt worden!

De volgende stap is het bouwen van enkele kuti’s, met een tweevoudig doel: Ten eerste zullen kuti’s meer afzondering bieden aan de kloosterlingen, en ten tweede, zullen de slaapkamers in het hoofdgebouw beschikbaar worden voor bezoekers, als we kuti’s hebben. Met andere woorden: het bouwen van kuti’s zal van Tilorien een echt klooster maken: waar mensen kunnen komen en samen de Dhamma kunnen beoefenen voor kortere of langere periodes.

Om in orde te zijn met de lokale bouwwetten, mogen we enkel een simpel houten tuinhuisje zonder bouwvergunning bouwen. We zijn dit al beginnen bouwen. Andere kuti’s moeten gebouwd worden volgens lokale bouwvoorschriften. We hebben hiervoor bouwkundige tekeningen en een bouwbedrijf nodig, wat deze kuti’s dus veel duurder maakt. Met de donaties die we tot nog toe hebben gekregen, was het reeds mogelijk om bouwkundige tekeningen van een architect te verkrijgen voor een dubbele kuti (twee kuti’s onder één dak). De plannen werden in oktober door de raad goedgekeurd. Maar hoewel we de toelating hebben, hebben we nog geen fondsen om te beginnen bouwen.

Voor de grondwerken en de funderingen voor een dubbele kuti hebben we ongeveer 20 000 euro nodig. Voor het huis zelf hebben we nog 60 000 tot 63 000 euro nodig (exclusief interieur).

Als u de kloostergemeenschap wilt steunen door de 4 requisiten aan de Sangha te geven om uw dankbaarheid uit te drukken, kunt u informatie vinden op deze pagina.


Monastieke woningen

(Door Ayya Kathrin Vimalañāṇī; Nederlandse vertaling door Monica Hüpscher)

Wanneer we heengaan als kloosterlingen, worden we in onze ordinatieceremonie aan de “vier benodigdheden” herinnerd, waar onze levens vanaf hangen: kleding, voedsel, huisvesting, en medicijnen wanneer we ziek zijn. Andere mensen zullen deze basisbehoeften voor ons vervullen, zodat wij het boeddhistische pad kunnen beoefenen en bevrijding van lijden kunnen bereiken. Zolang we deze vier benodigdheden hebben, hebben we wat we nodig hebben om te overleven. We maken het deel van onze praktijk om tevreden te zijn met en dankbaar te zijn voor alles wat werd gegeven. We denken regelmatig na over het doel van deze benodigdheden om ze op een goede manier te gebruiken. Dit is de overdenking over huisvesting:

“Wijs nadenkend gebruik ik huisvesting: enkel om koude af te weren, hitte af te weren, de aanraking van vliegen, muggen, wind, verbranding en kruipende dingen af te weren, enkel om het gevaar van het weer te verwijderen, en voor het leven in afzondering.”
—MN 2

Een monastieke woning zou klein, simpel en makkelijk te onderhouden moeten zijn. Ze moet de inwoners beschermen tegen nadelige weersomstandigheden, insecten en andere dieren, en moet vooral een rustige, afgezonderde ruimte voor de meditatiepraktijk bieden. De mogelijkheid hebben om alleen en in stilte te mediteren is een cruciale voorwaarde om de diepere stadia van samādhi te bereiken.

“Wie is er in deze kleine hut?”
“In deze kleine hut is een bedelmonnik,
Vrij van lust, zijn geest sereen in samādhi.
Mijn vriend, dit moet je weten:
Jouw kleine hut werd niet tevergeefs gebouwd.”
—Thag 1.56

In het Tilorienklooster leven de kloosterlingen momenteel in twee slaapkamers in het hoofdgebouw. Wij hopen dat we in de toekomst twee kuti’s kunnen bouwen, zodat de voorwaarden voor de praktijk zullen verbeteren en zodat er meer afzondering mogelijk wordt. Door de twee kuti’s kunnen we alle kamers in het huis ook beschikbaar kunnen stellen van serieuze lekenbeoefenaars, die graag wat tijd in het klooster willen verblijven om een voorproefje te krijgen van het monastieke leven.